Hartklepafwijkingen

Vier hartkleppen zorgen voor de tijdige doorstroming van het bloed in de juiste richting: de aortaklep, de mitralisklep, de tricuspidalisklep en de pulmonalisklep. Hartkleppen bewegen niet op zichzelf maar openen en sluiten door drukverschillen in de bloedstroom. Als een hartklep goed werkt, dan sluiten de klepbladen perfect en gaan ze ook volledig open bij elke hartslag. In een mensenleven gaat elke klep ongeveer 2 miljard keer open en dicht. Het is dus niet volledig abnormaal dat ze na enige tijd slijtage vertonen.

Bij hartklepafwijkingen kunnen de kleppen vernauwd zijn (stenose) en dus minder goed bloed laten doorstromen, ofwel kunnen ze lekken (insufficiëntie) waardoor bloed terug kan stromen in de verkeerde richting. Indien de klepafwijking ernstig genoeg is of lange tijd bestaat kan er schade ontstaan aan het hart en dit leiden tot hartfalen. De meest frequente klepafwijkingen zijn een aortaklepstenose, aortaklepinsufficiëntie en mitralisklepinsufficiëntie.

Symptomen

Bij kleplijden ontstaan symptomen dikwijls pas in een gevorderd stadium.
Vele mensen hebben initieel geen of weinig klachten.

Mogelijke symptomen zijn:

  • Kortademigheid
  • Vochtophoping in de benen
  • Duizeligheid of flauwvallen
  • Hartkloppingen
  • Vermoeidheid
  • Pijn of benauwd gevoel op de borst

 

Oorzaken

De oorzaak van een hartklepafwijking kan aangeboren zijn maar kan ook ontstaan op latere leeftijd.

Mogelijke oorzaken zijn:

  • Ouderdom, verkalking, slijtage, …
  • Diabetes
  • Hartinfarct
  • Verhoogde bloeddruk/cholesterol
  • Bestraling
  • Trauma
  • Infecties
  • Medicatie/drugs

 

Diagnose

Bij het klinisch onderzoek is meestal een geruis hoorbaar.
Daarnaast zal de cardioloog een of meerdere van volgende onderzoeken uitvoeren:

  • Echocardiografie (eventueel een slokdarmechocardiografie)
  • Hartcatheterisatie/coronarografie
  • MRI-scan

 

Behandeling

Klepafwijkingen die geen klachten veroorzaken en die niet ernstig zijn, hoeven meestal niet behandeld te worden. Regelmatige, nauwgezette controle is wel belangrijk.

Zo nodig wordt er medicatie voorgeschreven voor het verlichten van eventuele klachten.
Afhankelijk van het soort klepafwijking zal toch een meer invasieve behandeling zoals een klepherstel of klepvervanging aangewezen zijn.

De mogelijke behandelingsmethoden zijn:

  • Medicatie
  • Klepherstel of klepvervanging via een hartoperatie
  • Percutane aortaklepvervanging (TAVI) of Mitraclip via de lies